Betina Marijnissen is wijkverpleegkundige in de regio Breda Zuid-Oost. Daar is ze ook digicoach en digispecialist. “Als wijkverpleegkundige ga ik bij patiënten langs en zorg ik dat zij van mij en mijn collega's de juiste thuiszorg krijgen op het juiste moment. Ik vind het leuk om dit werk te combineren met mijn werk als digispecialist. In die rol ben ik kartrekker binnen onze organisatie als het aankomt op het inzetten van zorgtechnologie in de thuiszorg. Dan kun je denken aan beeldbellen, kalenderklokken, automatische medicijndispensers en nog veel meer. Met collega’s en patiënten ga ik vervolgens in gesprek over hoe we deze technologie kunnen inzetten om hun leven makkelijker en fijner te maken.”
Minder druk op zorgprofessionals
Als digicoach en digispecialist is Betina het aanspreekpunt voor haar collega’s over alle zorgtechnologie die op dit moment in de thuiszorg wordt gebruikt. Ook houdt ze de ontwikkeling van nieuwe zorgtechnologie in de gaten, zodat ze haar collega’s daarover op de hoogte kan houden. Ze kunnen vragen stellen, maar ook hun zorgen bij haar kwijt. “Sommige collega’s vinden bijvoorbeeld dat de technologische ontwikkelingen in de zorg erg snel gaan. Als ze het ene hebben geleerd, komt het andere er alweer aan. Dat kan overweldigend zijn. Daarom geef ik ze uitleg over hoe de technologie werkt en help ik ze om het geschikte middel te kiezen uit alles wat er aangeboden wordt. Ik zet me graag in om in de thuiszorg meer technologie te introduceren, omdat ik geloof dat het een uitkomst is voor de tekorten in de zorg en omdat het werken in de thuiszorg prettiger maakt. Zorgprofessionals kunnen bijvoorbeeld dankzij videobellen meer zorgen op afstand. Ook biedt het hulp bij zware taken zoals steunkousen aantrekken en zorgt het ervoor dat mijn collega’s een stukje van de zorg aan patiënten kunnen overlaten, omdat zij bijvoorbeeld zelf hun medicatie op tijd kunnen innemen dankzij een kalenderklok.” Ondanks deze voordelen merkt Betina dat sommige collega’s nog huiverig zijn, omdat ze liever fysiek zorgen. “Dat zijn ze gewend, want zo hebben ze het altijd gedaan. Dan probeer ik ze uit te leggen hoe belangrijk het is dat we steeds secuurder gaan kijken naar wanneer fysieke zorg écht nodig is. En ik praat met ze over de voordelen van zorgtechnologie. We moeten ook blij zijn dat er dankzij zorgtechnologie bijvoorbeeld minder fysieke klachten ontstaan bij verpleegkundigen. Bovendien houden we door technologie in de thuiszorg veel meer tijd over om te besteden aan de patiënten die wel echt fysieke zorg van ons nodig hebben. En we kunnen veel meer patiënten tegelijkertijd zorg bieden. Dit zijn dingen die mijn collega’s belangrijk vinden, dus dat vergroot hun enthousiasme om ermee aan de slag te gaan. Als ze de voordelen zien voor de patiënten en voor zichzelf, dan willen ze het ook sneller omarmen.”
Privacy, autonomie en zelfstandigheid
“Het grootste voordeel aan zorgtechnologie in de thuiszorg vind ik dat het een stukje zelfredzaamheid teruggeeft aan mijn patiënten. Ze krijgen meer privacy, autonomie en zelfstandigheid. Dankzij beeldbellen en automatische medicijndispensers kunnen ze meer zelf en hoeven ze dus niet thuis te blijven voor ons. Ik hoor vaak van patiënten dat ze dit heel fijn vinden. Ze kunnen hun eigen ritme weer oppakken.” Ook Betina’s 80-plus patiënten gebruiken technologie. “Eén van mijn patiënten wilde bijvoorbeeld eerst niet beeldbellen. Toen heb ik haar uitgelegd hoe fijn het kan zijn en dat ze via de laptop alsnog een praatje met ons kan maken. Nu heeft ze een laptop en tablet, waarmee ze haar zorg met ons regelt, maar ook spelletjes speelt en chat met familie en vrienden. Door dit soort voorbeelden merk ik hoe belangrijk het is dat ik het gesprek aan ga met patiënten en doorvraag naar hun zorgen of twijfels over zorgtechnologie. En dat ik ze laat zien wat de zorgoplossing ze kan opleveren, zoals meer zelfredzaamheid. Door zorgtechnologie krijgen patiënten de kans om te laten zien dat ze zelfstandig kunnen zijn. Daardoor zie ik weer geluksmomenten bij ze terug. Ik denk dat dat grotendeels komt door de manier waarop ik patiënten voorlicht over zorgtechnologie. Ik vind het heel mooi dat ik daaraan kan bijdragen.”